5. B. DE TOESCHOUWER ALS INDIVIDU
De volwassen toeschouwer met nood aan info is een persoon met een eigenheid, een persoonlijkheid. Maar hij is tegelijk ook een stukje uit een netwerk: zijn gezin, familie, vriendengroep, werkomgeving, spirituele gemeenschap, cultuur etc. Virtueel en reëel.
“Mensen leven in
groepen of grotere gemeenschappen en ontlenen daaraan een groot deel van hun
identiteit. Door te doen, te praten en dingen te maken draagt ieder ook bij aan
de identiteit van die groepen en gemeenschappen”.[273]
Het is een trend
om de mens op een holistische wijze te benaderen. In een holistisch mensbeeld wordt
het individu als één geheel gezien, waarbij het fysieke, emotionele en sociale,
mentale en spirituele facetten onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn en
elkaar beïnvloeden. Als we bijvoorbeeld op 1 aspect uit balans geraken heeft
dat weerslag op de andere.
Individuen kunnen
aan de hand van typologieën of persoonlijkheidsbeschrijvingen ingedeeld worden
in groepen. Daarvoor baseren deze zich op overeenkomsten in houdingen en
gedragingen. Momenteel is daar veel interesse in. Organisaties, bedrijven,
overheden zijn vragende partij. Consultancy bedrijven bieden trainingen en
coachingen die daarop gebaseerd zijn. Een persoonlijkheidsmodel is ook een
interessante invalshoek om na te denken hoe je in elkaar zit en hoe je
verschilt van anderen.
Er is een ruim
aanbod aan modellen die vanuit een wetenschappelijke basis gegroeid zijn. Daarnaast zijn ook de oude mensbeelden uit
het Soefisme (waaruit het Enneagram ontstond), de Joodse mystiek (de Kabbala
die op zijn beurt het Enneagram beïnvloedde), de Vedische cultuur (Ayurveda) en
Chinese cultuur (5 elementen) etc van stal gehaald. Ook zij worden, met een
meer of minder wetenschappelijke bril, ingeschakeld. Onder andere om de
verschillende mensentypes te onderscheiden.
“De
persoonlijkheidspsychologie is de tak van de psychologie die zich bezighoudt
met het bestuderen van de manieren waarop mensen, psychologisch gezien, van
elkaar verschillen en wat dit voor gevolgen heeft voor hoe mensen zich voelen,
hoe ze denken en hoe ze zich gedragen. Ze probeert dus te begrijpen waarom mensen
zo verschillend kunnen zijn en wat de oorzaken en gevolgen daarvan zijn. Het
gaat over aard, karakter en temperament en in hoeverre de psychologische
eigenschappen stabiel en erfelijk zijn.
De antwoorden op
deze vragen zijn niet alleen interessant maar hebben ook belangrijke gevolgen
voor de praktijk. De persoonlijkheid van mensen dóet er namelijk toe: ze heeft
grote effecten op hoe mensen thuis, op school en op het werk functioneren. Ze
bepaalt bij voorbeeld mede hoe mensen zich ontwikkelen, de relaties die ze met
anderen aangaan, het maatschappelijk succes dat ze hebben en de mate waarin ze
gezondheidsklachten ontwikkelen”.[274]
Deze kennis kan
worden ingezet in functie van aanwerven van personeel, toekennen van functies
binnen een bedrijf, binnen de marketing en reclame, in het onderwijs, in de
zorg. Een typologie is als een kapstok waaraan je het unieke van elke persoon
kan ophangen.
Met betrekking tot
dit onderzoek naar de non-verbale communicatie met een hedendaags kunstwerk, leren
deze persoonlijkheidsbeschrijvingen en -testen ons dat iedere volwassene een
zeer specifieke intro zal hebben tot een kunstwerk, eigen aan zijn typologie en
aangevuld met zijn uniciteit. Dat is een belangrijk punt; dat speelt mee in de
wijze waarop communicatie wel of niet tot stand komt. We zijn ons er niet
altijd zo van bewust; dat een ander niet denkt, kijkt en handelt zoals je zelf
zou doen in een gegeven situatie. We gaan er onbewust van uit dat ons
referentiekader, gedragspatroon en emotionele gevoeligheid ook dat van de
anderen is. Niet iedereen heeft bijvoorbeeld eenzelfde relatie met de eigen
lichamelijke aanwezigheid. Sla er bijvoorbeeld eens een uitleg van het
Enneagram op na. Het beschrijft negen fundamentele manieren of temperamenten
waarop mensen een zelfbeeld creëren en trachten te behouden. Dat begint al
vroeg in de kindertijd. Het eeuwenoud basisconcept is ondertussen uitgewerkt
tot een verfijnde karaktertypering. De visuele voorstelling is een negenpuntig
sterdiagram. Je basisgedrag is gevormd rond een centrale emotionele passie. Onder
stress vertoont dat gedrag voorspelbare afweermechanismen en in rust stijgt het
volgens een vast patroon boven zichzelf uit. Puur theoretisch heb je dan een
drie basistypen met telkens twee zogeheten vleugeltypen.[275]
“De
negen verschillende types zijn onder te verdelen in drie niveaus van
ontwikkeling: hoofd of intellectuele typen, buik of instinctieve typen en hart
of emotionele typen. Buiktypen zijn: 8. Baas, leider, uitdager (agressiviteit)/
9. Bemiddelaar (koppigheid)/ 1. Perfectionist (kritisch perfectionisme).
Buiktypes nemen vooral waar via hun lichaam. Ze reageren instinctief, snel en
direct en worden vaak meegesleept door hun onmiddellijke reactie. Zich goed
voelen is belangrijk. De primaire reactie is kwaadheid en de primaire gedachte
is zelfverdoving. Harttypen zijn: 2. Gever, helper (liefde)/ 3. Succesvolle
werker (bewondering)/ 4. Romanticus, individualist (begrip). Harttypes ervaren
hun intuïtieve indrukken via hun emoties. Zij zijn sterk op de wereld rondom
hen gericht. Voor hen is het belangrijk anderen te begrijpen en er voor anderen
te zijn. De primaire emotie is verdriet en de primaire gedachte is verwarring.
Hoofdtypen zijn: 5. Waarnemer, onderzoeker (isoleert)/ 6. Sceptisch loyalist
(trekt terug)/ 7. Levensgenieter (ontwijkt door zoeken). In elke situatie
zetten hoofdtypes als het ware eerst een stap terug om na te denken en alles te
overzien. Ze moeten zich eerst oriënteren en over de dingen nadenken. Pas dan
komen voelen en handelen aan de orde. De primaire emotie is angst en de
primaire gedachte is achterdocht”.[276]
We zijn echter niet 1 specifiek enneagram type. Het is niet de bedoeling
een typologie als maatstaf te nemen om je medemensen in te delen, maar het
leert wel dat er in een specifieke situatie zeer verschillende invalshoeken en
gedragspatronen naast elkaar bestaan.
De typering van
het Enneagram heeft ook een wetenschappelijk draagvlak gekregen. Het wordt
ondersteund door de neurobiologie. Deze geeft inzicht in de groeiprocessen die
plaatsvinden als we bewust met het type dat best bij ons past beginnen te
werken. “Het is waarschijnlijker dat een nieuwe ervaring wordt gekanaliseerd
via een eerder geactiveerd neuraal pad, omdat het pad er al is. Bovendien
worden netwerken sterker en meer 'automatisch', of in neurobiologische termen
resonanter, elke keer dat ze vervolgens worden geactiveerd. Op deze manier
kunnen ervaringen uit het vroege leven een bijzondere invloed hebben op wat
later komt. Omdat het zoogdierbrein in nieuwe ervaringen overeenkomsten zoekt
met eerdere ervaringen, kunnen onze emotionele systemen worden voorbereid om op
manieren te reageren die misschien niet helemaal geschikt zijn voor de nieuwe
omstandigheden. Dat is een bijzonder belangrijk punt voor een neurobiologisch
perspectief op het enneagram.
Een van de dingen
die we weten over ons type is dat we de neiging hebben om te zien wat we zoeken
in een bepaalde situatie. Als Negen zie
ik onenigheid en voel ik me geagiteerd in precies dezelfde omstandigheden
waarin anderen duidelijkheid zouden kunnen zien of zich energiek voelen.” [277]
Met andere woorden
“voor elk van de 9 typen ziet de wereld er heel anders uit. We kunnen pas een
werkelijk begrip voor de mensen om ons heen krijgen als we onze eigen
levensvisie verruilen voor die van de ander en wanneer we ons inleven in zijn
of haar ervaringswereld. Als we de dingen vanuit het standpunt van die ander
bekijken ontstaat er een gevoel van mededogen voor zijn of haar situatie. Wanneer
we ons inleven in de ervaringswereld van elk van de 9 typen, worden we ons ook
onmiddellijk bewust dat elk type wordt ingeperkt door zijn emotionele en
mentale gewoonten.” [278]
Naast de hier
vernoemde zijn er nog andere strekkingen en insteken mogelijk. Het is hier
echter niet de plaats om daarover uit te wijden. In functie van dit onderzoek is
het onder de aandacht brengen van de toeschouwer als individu belangrijk.
Binnen deze
beschouwing van de toeschouwer als individu is het ook belangrijk aan te
stippen dat sommige personen afwijkend kunnen reageren doordat ze anders
‘gewired’ zijn. Dit geldt onder andere voor mensen met een verstandelijke
beperking of mensen met een neuropsychologische afwijking. Dit is zeker ook
interessant om verder uit te diepen, maar helaas zou dit het onderzoek weer te
wijds maken. Om die reden hebben we hier dan ook afgebakend.
Zoals eerder al
aangestipt, is het onmogelijk om een educatief aanbod te voorzien per individuele
volwassene. Ieder op zijn unieke actuele noden en behoeften bedienen zou een
mooie doelstelling zijn. Maar tegelijk ook weinig realistisch als het bekeken
wordt als een aanbieden van een pasklare invuloefening.
Crotty verwoordde het
uitgangspunt voor publieksbegeleiding als een “erkennen dat ieder van ons zijn
eigen ervaringen moet onderzoeken, niet de ervaring van anderen, want niemand
kan namens ons die stap terug naar de dingen zelf zetten.” [279]
Vanuit die visie zou het begeleiden van de volwassen toeschouwer met een nood aan info stoppen
bij het aanbieden van informatie en tools. Daarmee zou hij dan zelf aan de slag
moeten gaan.
[274] (Barelds & Dijkstra, 2016, p. 5)
[275] (Palmer, 2009) vrij geciteerd
[276] (Petrarca, z.d.)
[277] (Killen, 2009, p. 50)
[278] (Palmer, 2009, p. 35)
[279] (Xanthoudaki, M.; Tickle, L.; Sekules, V., 2003, p. 4)